11 nov Gluren bij duurzame buren
De woning met pluktuin, karakteristiek beeld aan het Kerkpad
Erik en Marieke van Henks Pluktuin, verduurzamen van een unieke woon- en werkplek naast het oude kerkje.
10 Jaar geleden nam Erik de moestuin en pluktuin van zijn vader Henk over; ‘Henks Pluktuin’, een begrip in Oosterbeek voor wandelaars langs het Kerkpad en voor vrijwilligers en abonnementhouders van de pluktuin met een rijke oogst van fruit, groenten, kruiden en bloemen.
Twee jaar geleden trokken Erik en Marieke in de karakteristieke ‘roze woning’ van de pluktuin, naast het oude kerkje. Een woning met geschiedenis; Kate ter Horst, de beroemde ‘engel van Oosterbeek’, was de eigenaar van de woning en het land. Het land van de pluktuin wordt nu door Erik en Marieke gepacht van de zoon van Kate ter Horst en van Geldersch Landschap.
Het oude kerkje heeft het zwaar te verduren gehad in de oorlog, de woning had niet zoveel schade opgelopen; alleen de nok was beschadigd.
De karakteristieke roze kleur met lichtblauwe plint was een keuze van Kate ter Horst bij het herstel van de woning na de oorlog. Het pand dateert van 1847 en heeft de status van gemeentelijk monument. Toen de eigenaar zo’n twee jaar geleden met Erik en Marieke besloot tot verduurzaming van het pand stelde de gemeente dan ook als voorwaarde dat er aan de buitenkant niks mocht veranderen. Uitzondering zijn de pv-panelen op het dak aan de achterzijde van het pand.
De energiekosten waren destijds torenhoog: het vergt nogal wat om een pand te verwarmen met steens muren met de voeten in de klei (een koud souterrain), solitair in een tamelijk open landschap.
Het hele traject van verbouwen en verduurzamen heeft meer dan twee jaar geduurd. Bij de start van het project hadden Erik en Marieke ingeschat na een half jaar alvast in een bewoonbaar huis te trekken. Ze trokken er weliswaar in na een half jaar, maar ‘bewoonbaar’ was meer droom dan werkelijkheid.
De klus bleek een stuk arbeidsintensiever dan ingeschat.
De letterlijke basis van de verbouwing was de aanpak van het grote souterrain: te laag en ook te vochtig vanwege de zand- en klei-grond. Meer hoogte werd gewonnen door het souterrain verder uit te graven, waarna een geïsoleerde vloer met vloerverwarming werd gestort. Rondom de fundering is een drainagebuis gelegd die het water afvoert naar de sloot achter in het land. Fundering en souterrain-muren zijn geïmpregneerd tegen vochtdoorslag.
Het souterrain is daarmee geschikt gemaakt als woonruimte én werkruimte voor de pluktuin waar fruitsappen en vele soorten jam worden bereid en gebotteld.
De muren van souterrain en bovenverdiepingen zijn aan de binnenzijde geïsoleerd met een pakket van 20 cm (spouw, pir-platen, underlayment, gipsplaat). Datzelfde is gebeurd met de kap: die werd gestript waarna op de gordingen underlayment werd aangebracht, isolatieplaten, panlatten en pannen. Bij de isolatie konden koudebruggen niet altijd worden vermeden (bijv. binnenmuren haaks op de buitenmuur).
Tijdens het werk moest allerlei houtwerk worden vernieuwd: delen van kozijnen, bepaalde vloerbalken, aftimmering bij goten en boeiboorden etc.
Verwarming vindt plaats door een hybride systeem: een warmtepomp (Nibe S 1155 ), ondersteund door een gasgestookte cv-ketel. Op het dak aan de zuidzijde liggen 16 zonnepanelen, zgn. PVT-panelen die zowel elektriciteit als warmte opwekken. Gewerkt wordt met een zgn. ‘Triple Solar systeem’. Warm water wordt gebufferd in een groot boilervat.
De ruimteverwarming vindt plaats via vloerverwarming in het souterrain en de bestaande radiatoren op begane grond en bovenverdieping.
Bij de meeste ramen was jaren terug al ‘gewoon’ dubbel glas aangebracht. Uit kostenoverwegingen is dit niet vervangen. Vanwege de monumentstatus mag aan het uiterlijk van de ramen met roede-verdeling niet worden gesleuteld. Toepassing van nieuw isolerend glas brengt dan een grote kostenpost met zich mee (veel kleine ruitjes). Waar sprake was van totale vernieuwing van een raam of buitendeur, bijv. de achterdeur van het souterrain, is wel gekozen voor beter isolerend glas: HR ++.
Dit glas is ook toegepast bij de vernieuwing van de twee dakkapellen aan de achterzijde.
Vanwege de monumentstatus moesten de oorspronkelijke kleuren terugkeren. De luiken, uitgevoerd in cederhout, hebben zo’n mooie houtkleur (alleen behandeld met bijenwas-olie) dat daar vooralsnog geen dekkende kleur op wordt aangebracht. De coating op de buitengevel is ‘Surfacote’, waterafstotend maar ademend van binnen naar buiten.
De verbouwing is uitgevoerd door aannemersbedrijf Marcel Brouwer uit Ellecom, de installateur was Hagen-Leeuwis uit Arnhem.
Er moet hier en daar nog wat afbouw plaatsvinden, bijv. het opmetselen van de buitentrap aan de achterzijde, maar het mooie en markante pand aan het Kerkpad is nu ook een duurzaam pand met wooncomfort en geschikte werk- en opslagruimte voor de pluktuin. Erik en Marieke hebben daarmee een unieke woon- en werkplek, genesteld in het prachtige landschap van pluktuin en uiterwaarden.
Jos Verweij
Erik en Marieke op het achtererf van de woning met toen nog ‘work in progress’, de trap moest nog worden opgemetseld
Proefstroken met verfkleuren; vanwege de status als gemeentelijk monument moeten de oorspronkelijke kleuren teruggebracht worden.