Samenvatting eerste bijeenkomst Duurzaamheidscafé Gemeente Renkum.

“Energietransitie en Burgerparticipatie” was het thema van het eerste Duurzaamheidscafé dat op dinsdag 15 november werd georganiseerd door de gemeenschappelijke wijkinitiatieven in de Gemeente Renkum.

59 deelnemers uit onder andere 7 wijkinitiatieven, VVE’s, een huurdersvereniging, politieke partijen, de Gemeente, Vivare en de Coöperatie Warmtenet Oost Wageningen (WOW) waren bij de discussieavond.

Dit waren de belangrijkste conclusies en aanbevelingen van de avond:

  • Iedereen vindt burgerparticipatie in de energietransitie van belang maar er is nog geen duidelijk beeld hoe dat vorm zou moeten krijgen. Dit zal dus gaande het proces ontwikkeld worden en waarschijnlijk in verschillende wijken verschillende vormen aannemen.
  • Gemeentelijke planning moet inzichtelijker. Wanneer start het proces en hoe wordt de aanleg? Tussentijds is regelmatig overleg nodig met alle stakeholders voor transparante informatieoverdracht, waarbij wijkinitiatieven structureel en tijdig worden geïnformeerd. Dan kunnen zij ook hun achterban meenemen. Zolang er geen duidelijkheid is over de toekomstige warmtebron in een wijk, blijft het voor de burger moeilijk te beslissen over investeringen in de energievoorziening van de woning. Houvast kan worden gevonden in de verwachting dat we voor 2040 van het gas afgaan, dat het proces langzaam verloopt en voor vrijwel alle Renkumse wijken nog minimaal 10 jaar gaat duren.
  • No regret maatregelen op het gebied van isolatie zijn voor iedereen altijd een goede investering in energiebesparing.
  • De gemeente zou moeten kijken of sociale ondernemingen een rol kunnen spelen bij -planning en uitvoering.
  • Wijkinitiatieven denken verschillend over hun rol in de energietransitie. Sommige zien zich functioneren als klankbord en als aanjaagkracht. Andere willen niet wachten, aan eigen uitgangspunten vasthouden en plannen maken. De Gemeente moet wel de algehele regie houden.
  • Aan interactie tussen Vivare en Wijkinitiatieven ontbreekt het tot nu toe. Afstemming tussen wijkinitiatieven en de woningcorporatie is noodzakelijk, zeker in wijken met veel sociale  huurwoningen.
  • Vroegtijdig overleg tussen huurders en Vivare is nodig. Dit levert inzicht op in aanvullende wensen die verder gaan dan de energietransitie, maar ook leefbaarheid in de wijk meenemen. Dat sluit aan bij de duurzaamheids-visie van diverse wijkinitiatieven.
  • De hoogste vorm van burgerparticipatie is het ontwikkelen van een coöperatief warmtenet door burgers op wijkniveau. De Benedenbuurt in Wageningen toont dat het mogelijk is. De ervaring van WOW toont ook dat  een lange adem, bevlogen voortrekkers en toegang tot forse subsidiestromen vereist zijn.

 

Foto gasketel met hybride warmtepomp

De Gemeente

De beleidsambtenaar duurzaamheid van de Gemeente lichtte de nota ‘Transitievisie Warmte Renkum’ toe. Hierin staan twee doelstellingen centraal: Vermindering van de energievraag en transitie van gas naar andere warmtebronnen. De Gemeente hoopt dit te bereiken via een wijk-voor-wijk routekaart voor de 36 wijken, zo mogelijk met warmtenetten, dus met een gemeenschappelijke warmtebron. Bij de wijkvolgorde voor de transitie wordt gekeken naar: urgentie (woningen met energie-labels D, E, F, G), mogelijke bronnen, koppelkansen met andere publieke werken / woningcorporaties, betaalbaarheid én samenwerken met de bewoners. Heveadorp is de ‘proeftuin’ voor participatie van/door bewoners. Na Heveadorp volgen Stenen Kruis (Oosterbeek, 2023), Fluitersmaat (Renkum, 2024) en Clusterwoningen Doorwerth, 2024. Maar als een grootschalig warmtenet mogelijk blijkt worden er meerdere wijken betrokken. Verder bestaat het Gemeentebeleid vooralsnog uit hoofdlijnen, vooral met weinig concrete richtlijnen over hoe participatie vorm moet krijgen. Hier ligt nog een grote uitdaging voor de Gemeente.

Woningbouwcorporatie Vivare

Vivare zette uiteen dat voor hun doelstellingen: (Leefbaarheid, woonkwaliteit en betaalbare duurzaamheid) drie strategieën worden gevolgd: Energietransitie, klimaatadaptatie en inzetten op ‘circulair’). Streven is om in 2028 geen E, F en G label woningen meer te hebben. Tot 2030 wordt ingezet op verminderen van de warmtevraag (inclusief zonnepanelen), daarna op alternatieven voor gas. De regie van de transitie ligt echter bij de Gemeente. Er is geregeld overleg met Gemeente en huurders, maar niet met overige bewoners in de wijken waar Vivare eigendommen heeft.

Huurders geven aan dat duurzaamheid ook leefbaarheid in de wijk moet omvatten. Dit sluit aan bij bijvoorbeeld biodiversiteits-promotie van wijkinitiatieven. Maar aan coördinatie tussen Vivare en wijkinitiatieven ontbreekt het.

Vivare zegt daar wel open voor te staan. Duidelijk is dat om samen op te trekken informatieuitwisseling beter moet. Samen optrekken moet het motto zijn. Het Duurzaamheidscafé kan daar een belangrijke rol in spelen.

 

Een levendige V&A discussie ontstond over het tijdspad van invoering van eventuele (wijk-) warmtenetten en de al of niet verplichte aansluiting daarbij. Moeten bewoners wachten met het inzetten van individuele oplossingen (nieuwe ketel, warmtepompen)? Of blijft de individuele  investering voorlopig nog de moeite waard? En wat als sommige bewoners niet mee willen doen? Een duidelijk antwoord is er niet, maar wel is duidelijk dat het nog een aantal jaren duurt voordat aansluiting aan eventuele warmtenetten een feit zal zijn.

 

Coöperatie Warmtenet Oost Wageningen

Hoewel verplichting niet de inzet is, zal het gas zeer waarschijnlijk op termijn wel afgesloten worden. De bewoners van de Benedenbuurt in Wageningen hebben zelf het voortouw genomen door een buurt energiecoöperatie op te zetten met een eigen energiebedrijfje: WOW. Dit betreft een waar pioniers-initiatief waar veel subsidie voor beschikbaar was (is), maar wat vooral gedreven is door de wil om zelf aan de knoppen te kunnen draaien. De bewoners sloegen de handen ineen. De keuze om zelf het beheer in handen te nemen berust op het idee dat elke andere beheersvorm nooit 100% dezelfde belangen nastreeft als de bewoners zelf. Ook de Gemeente niet!

De WOW streeft naar 100% inclusie, maar geen verplichting. Ruim 90% van de bewoners doet mee. Het heeft veel tijd en energie gekost aan vrijwilligers, omdat de hoogst mogelijke participatie werd nagestreefd. Dit gebeurde bewust onder het motto: een stapje terug kan altijd, een stapje omhoog gebeurt niet! Verder was er veel subsidie nodig, en of dat voor alle wijken beschikbaar is?

Joost Borsboom
joost.borsboom@gmail.com